Meng de suiker met de bloem en roer een voor een de eiwitten erdoor. Roer de gesmolten boter erdoor, de vanille en de lavendel en zet het geheel 10 minuten in de koelkast.

Verwarm de oven op 220 graden, bestrijk een bakplaat met boter of leg er een beboterd vel bakpapier op.

Schep het deeg met een eetlepel op de bakplaat. Het moet meteen uitvloeien tot zeker twee keer de grootte. Doet dat het niet, roer dan nog wat koud water door het deeg. Zorg dat er voldoende ruimte tussen de koekjes overblijft, anders lopen ze tegen elkaar aan.

Bak de koekjes in 5 minuten heel lichtbruin, schep ze van de bakplaat en probeer ze een beetje op te rollen rond een eetstokje of potlood.

Pas op dat je je vingers niet verbrand; niet opgerold zijn de koekjes ook lekker.

Smeer de bakplaat weer in voor de volgende ronde.