Wie in geen jaren een mensa betrad, zal niet weten wat hem overkomt als hij nu aan zou schuiven in wat de uitbaters liever ‘universitair restaurant’ noemen. De standaardhap, al of niet met toetje, en het morsige interieur zijn verdwenen. In Utrecht is er keuze uit maar liefst zeven verschillende maaltijden, met vis, met vlees of zonder en onlangs is het interieur van de beide Amsterdamse mensa’s onderhanden genomen. Het oogt nu zo mooi ‘dat zwervers zich er niet langer thuisvoelen,’ aldus Jaap van Loenen, directeur van de Amsterdamse mensa’s, geciteerd in Folia.
Tot voor kort was het een probleem voor de mensa’s in de binnensteden dat de klandizie meer uit niet-studerenden dan uit studenten bestond. Ook in Nijmegen ondervond men daar hinder van. ‘Toen de eetzaal nog midden in de wijk Galgenveld stond, zat hij altijd vol. Met bejaarden. Maar de looprekjes en grijze permanentjes weten het universitair restaurant niet meer te vinden,’ aldus Folia. De mensa is namelijk verplaatst naar de campus van de universiteit.
Vandaag vanaf 17.00 uur in de Amsterdamse mensa’s o.a.: Italiaanse runderstoofschotel; varkenslapje met paprikasaus; lekkerbekje met limoensaus; kaastaartje; rode kool met appeltjes of bruine bonen; rijst, aardappelen of frites. Voor wie dat wel eens wil proeven, maar niet in de gelegenheid is zelf poolshoogte te nemen, vroegen we naar het recept voor ‘kaastaartje’. Woordvoerend kok Fred Kröner somde uit het blote hoofd de receptuur op, want het stond niet in de database. Bekleed een springvorm met korstdeeg. Vul de vorm met winterwortel, prei, courgette en ui, alle grof gesneden. Leg daarop quorn, geraspte belegen kaas en vul de vorm af met een mengsel van eieren en room, in de verhouding 4 op 1. Kruid met oregano, tijm, basilicum en gember.
Op basis van deze gegevens maakten we onderstaande taart.
- 75 gram koude boter
- 150 gram bloem
- 1 mespunt zout
- ¾ dl koud water
- 1 grote winterwortel
- 1 prei
- 1 courgette
- 1 ui
- 175 gram quorn
- 200 gram kaas
- 4 eieren
- 1 dl room
- zout
- peper
- kruiden
-
Snij voor het korstdeeg de boter met twee messen door de bloem, voeg zout en koud water toe en roer met een lepel tot een samenhangend deeg. Rol het deeg uit, vouw het op, rol het weer uit, vouw het weer op en leg het twee uur in de koelkast.
-
Snijd intussen winterwortel, prei, courgette en ui in grove stukken. Blancheer wortel en prei tot ze beetgaar zijn. Meng de quorn met de groenten en de kaas (vonden wij lekkerder dan de kaas bovenop de taart). Klop de eieren met room, zout, peper en kruiden.
-
Rol het deeg uit en bekleed hiermee een ingevette springvorm of grote taartvorm. Doe de groenten in de vorm en giet het eimengsel erover. Bak 40 tot 50 minuten in een oven van 200 graden.
Wij vonden het een lekkere ‘groententaart met quorn en kaas’ – maar ‘kaastaartje’ ? Misschien hebben we iets niet goed gedaan; we gaan vanavond zelf proeven.